Kunst rond 1900: vernieuwing, visie en verscheidenheid in de moderne kunst
Kunst rond 1900 – Een tijd van verbeelding en verandering
Een beknopt overzicht van Nederlandse kunststijlen, kunstenaars en ideeën tussen 1880 en 1950
De periode 1880–1950 vormt een uitzonderlijk rijk en gelaagd hoofdstuk in de Nederlandse kunstgeschiedenis. In deze decennia voltrekt zich een fundamentele verschuiving: van het streven naar natuurgetrouwe weergave van de waarneembare wereld naar een meer subjectieve, innerlijke benadering van de werkelijkheid. De artistieke productie weerspiegelt een tijd van maatschappelijke en culturele omwenteling, waarin kunstenaars op zoek gaan naar een andere, passende artistieke vormentaal om hun visie op mens en wereld uit te drukken.
Het impressionisme luidt rond 1880 deze vernieuwing in. In Nederland vinden we representanten als Isaac Israels en Siebe Johannes ten Cate, wier losse penseelvoering en aandacht voor licht en beweging perfect aansluiten bij het moderne stadsleven en het vluchtige karakter van het moment. Parallel daaraan ontwikkelt zich het symbolisme, met een meer introspectieve, poëtische beeldtaal. Jan Toorop staat hierin centraal, evenals Jan Mankes, die – op de grens van symbolisme en realisme – een verstild en zorgvuldig opgebouwd oeuvre nalaat van voornamelijk dieren, stillevens en landschappen. Zijn werk getuigt van een uitzonderlijke beheersing van techniek en een zeldzame gevoeligheid voor sfeer.
Jan Mankes, Meisje met lijster, 1912 olie op doek 42 x 31 cm. Kunsthandel Bob Scholte Fine Art heeft bemiddeld tussen Frank Welkenhuysen en een client. Klik voor meer werk van Jan Mankes.
De expressieve kant van de moderniteit komt tot uiting in het werk van Vincent van Gogh, wiens intense penseelvoering en kleurgebruik niet alleen een persoonlijke gevoelswereld uitdrukken, maar ook de voorloper van het expressionisme vormen. Deze zoektocht naar nieuwe vormentaal zet zich voort bij Jan Sluijters, die zich aanvankelijk door luminisme en kubisme laat inspireren, maar uiteindelijk een eigen herkenbare stijl ontwikkelt. Ook Leo Gestel is een veelzijdig vernieuwer. In 1918 wordt in Groningen de expressionistische kunstgroep De Ploeg opgericht, die de moderniteit in het noorden verder stimuleert.
Rond 1900 kreeg de sierlijke Art Nouveau, of Nieuwe Kunst, in Nederland vorm. Jan Toorop’s expressieve affiche voor de Nederlandsche Oliefabrieken, bekend als ‘slaoliestijl’, toont elegante vrouwfiguren met symbolistische en Javaanse invloeden. Theo van Hoytema’s en Gerrit Willem Dijsselhofs ontwerpen, schilderijen en tekeningen, geïnspireerd door de dieren in Artis, zijn belangrijke voorbeelden van deze decoratieve stijl die schilderkunst en toegepaste kunst verbindt.
De zoektocht naar zuivere vorm en universele harmonie vindt een hoogtepunt in de ontwikkeling van de abstracte kunst, met name binnen de beweging De Stijl. Piet Mondriaan, aanvankelijk beïnvloed door symbolisme en theosofie, ontdoet zijn werk gaandeweg van iedere figuratieve verwijzing en bereikt uiteindelijk een volledig abstracte vormentaal, waarin alleen nog lijn, vlak en primaire kleur overblijven – als dragers van een universele orde.
In de jaren tussen de wereldoorlogen manifesteert zich de Nieuwe Zakelijkheid, waarin het persoonlijke plaatsmaakt voor een meer objectiverende en rationele schilderwijze. Nola Hatterman is binnen deze stroming een belangrijke kunstenaar, met krachtige portretten waarin sociale en culturele identiteit centraal staan. Ook de beeldhouwkunst ondergaat een modernisering, met kunstenaars als Charlotte van Pallandt, die in haar sobere en geconcentreerde werk het menselijk lichaam herleidt tot tijdloze, vereenvoudigde vormen.
Wat deze periode blijvend relevant maakt, is de enorme rijkdom aan stijlen, ideeën en visuele benaderingen. De kunst rond 1900 is niet eenduidig, maar veelzijdig – een spiegel van een tijd waarin traditie en vooruitgang voortdurend met elkaar in dialoog zijn. Voor verzamelaars vormt dit tijdvak dan ook een onuitputtelijke bron van betekenis, waarin de menselijke verbeelding centraal blijft staan, in al haar verschijningsvormen.
Kunsthandel Bob Scholte Fine Art specialiseert zich in Nederlandse kunst rond 1900 en presenteert met zorg geselecteerde werken van betekenisvolle kunstenaars uit deze veelbewogen periode – waar inhoud, kwaliteit en karakter samenkomen.

Siebe Johannes ten Cate, Place de la Republique, Paris, ca. 1895, waterverf, gouache en potlood, 36 x 44 cm. Klik voor meer werk van Siebe ten Cate.
Nola Hatterman: De volkeren van Suriname in de schaduw van de koloniale overheerser, ca. 1983, olieverf op doek, 120 x 160 cm. Tentoonstelling: 'Identiteit' (1984), Paramaribo. Prov.: Nola Hatterman Estate. Klik voor meer werk van Nola Hatterman.